Door te wandelen rond de haven loopt u op de plaats waar het lot van Saint-Nazaire in het midden van de 19e eeuw veranderde. In die tijd was het een eenvoudig stadje met een paar honderd inwoners dat vooral bekend was om de deskundigheid van zijn Loire-gidsen. Maar er was een pier om schepen te ontvangen.
Het besluit om van Saint-Nazaire de voorhaven van Nantes te maken, zou het lot en het aanzien van de stad veranderen, die weldra een transatlantische haven zou worden.
De transatlantische lijn naar Midden-Amerika werd in 1862 in gebruik genomen. Saint-Nazaire – Veracruz: een overtocht van 24 dagen (enkele reis!). In datzelfde jaar werden op het terrein van Penhoët de eerste scheepswerven gevestigd. De stad groeide en kreeg al snel de bijnaam ‘klein Bretons Californië’. De ontwikkeling van de stad, die nauw gelinkt is aan de zeehandel en de scheepsbouw, ging gepaard met een ware demografische boom: in 1900 telde Saint-Nazaire al 35.000 inwoners. Er werd een nieuwe stad gebouwd.
Tot aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog reisden passagiers en goederen via Saint-Nazaire naar de Antillen en Midden-Amerika. De havenfaciliteiten werden aangepast en uitgebreid: de opening van de zuidelijke sluis (ingehuldigd in 1907) en de aanleg van het enorme droogdok ‘Forme Joubert’ (in gebruik genomen in 1932), waardoor het in de eerste plaats mogelijk werd om steeds grotere schepen te bouwen.
De tweede wereldoorlog maakt echter een abrupt einde aan de ontwikkeling van de stad. De installaties van de Compagnie Générale Transatlantique verdwenen onder de immense betonmassa van de Duitse onderzeebootbasis, waardoor de stad bijna volledig werd verwoest door geallieerde bommen. Na de oorlog, is de taak immens: een stad die nauwelijks een eeuw geleden is ontstaan, moet worden heropgebouwd…